Ingesloten

Mijn moeder dementeerde en kon niet meer thuis blijven wonen. Ik heb het er moeilijk mee gehad. Vooral rond haar opname in het verpleeghuis heb ik volop geworsteld met gevoelens van boosheid en verdriet. In de bijna anderhalf jaar dat ze er heeft gewoond, heb ik haar langzaam zien verdwijnen. Ze werd steeds magerder en kwam permanent in een rolstoel terecht. Aanvankelijk wist ze nog wie ik was. Maar al gauw had ik het idee dat ze het wel fijn vond dat ik naast haar zat en haar streelde, maar dat ze niet echt besefte dat ik haar dochter was. Praten deed ze nauwelijks meer. Ze leek steeds meer ingesloten in zichzelf, haar hele wereld werd haar eigen geest.

In het voorjaar ging ze opeens hard achteruit. Waarschijnlijk heeft ze een paar tia’s gehad en daar is ze uiteindelijk aan bezweken. Ze had geen behoefte meer aan eten of drinken en lag de laatste dagen enkel stil te ademen. Twee dagen voor mijn verjaardag, in juli, was haar crematie. De verjaardagskaarten en rouwkaarten lagen door elkaar op tafel. Ik heb op die verjaardag gehuild om mijn moeder. En dat paste voor mijn gevoel heel mooi samen, het was heel goed zo. Steeds als ik die dag mijn ogen dicht deed zag ik haar, redderend in de keuken.

Buitenkant

Rond haar overlijden heb ik gewerkt aan een tekening. Die werd voor mijn doen heel zacht en iel. Bovendien is het een tekening waar je eigenlijk van buitenaf tegenaan kijkt. Omgeven door stekelige, moeilijk doordringbare takken, met hier en daar een opening, zit in de binnenkant een ‘zon’.
Ik zie de achterkanten van de bloemen. Alleen wie aan de andere kant staat, daar in het midden van die zon, zou de voorkanten van de bloemen kunnen zien. Iemand als mijn moeder, die alleen nog maar kon zien wat zich binnenin haarzelf bevond. Ik had geen idee meer wat er in haar geest nog van haar over was. Af en toe was er een glimp van herkenning, een opening, zowel bij haar als bij mij, maar zeker de laatste maanden nam de afstand tussen ons toe. Zelfs mijn gestreel schudde ze uiteindelijk af, ze stelde er tegen het eind van haar leven geen prijs meer op. Ik stond aan de buitenkant en kon alleen maar toekijken.

Dit is nu voor mij de tekening van mijn moeder in haar laatste dagen. En die dagen waren, ondanks alles, heel kostbaar en mooi. Maar de moeder die ik voor ogen had op mijn verjaardag, bezig in de keuken, roerend door pannen of lekkere hapjes makend voor haar gezin of de visite, dat was meer hoe ze leefde. Dat beeld blijf ik hopelijk ook nog lang bij me houden.

(Herfst 2014)

Terug naar overzicht