Delftsblauw tekenen

De stad Gouda is verbonden aan stroopwafels, kaas, kaarsen én aan Gouds plateel. Dat is een soort veelkleurig zusje van delftsblauw schilderwerk. Beide soorten ‘plateel’ (oftewel beschilderd gegoten aardewerk) zijn in het verleden veel in Gouda en op andere plaatsen in Nederland geproduceerd. Sinds enige jaren staat ‘Plateelschilderen in Gouda‘ op de Nationale Inventaris Immaterieel Cultureel Erfgoed. En is ervaren plateelschilder en Gouwenaar Trudy Otterspeer hiervan de pleitbezorger. Toen ik erachter kwam dat ze ook cursussen geeft was mijn interesse gewekt. Ik teken en ik maak keramiek, dat ik  meestal in één of enkele kleuren spuit. Door me eens te gaan verdiepen in plateelschilderen kon ik mijn twee creatieve bezigheden wat meer bij elkaar brengen: meer in detail tekenen en schilderen op eigen keramiek. Bovendien woon ik ook nog eens in Gouda.

Techniek

Ik heb nu twee cursusblokken plateelschilderen achter de rug. Het is geen makkelijk aan te leren techniek. Je werkt met speciale kwasten, moet de kwasten op de juiste manier vasthouden en bewegen en dan is er ook nog de wetenschap dat de verf niet uit te gummen of te corrigeren valt. Ik heb een vaste hand maar zodra ik de kwast in handen had en ‘voor het echie’ de delftsblauwe verf op het eerste kommetje moest gaan zetten begon ik onbedaarlijk te trillen. Die druk dat het in één keer ook gewoon goed moest zijn vond ik eng. Je dient bijvoorbeeld een met een ‘trekpenseel’ getekend bloemblaadje in één keer met een ; ‘slagblaadjespenseel’ een kleur te geven. Even op en neer gaan met je kwast om een vlakje in te kleuren is er niet bij, daar krijg je lelijke klodders en strepen van. Het is een kwestie van oefenen en niet bang zijn om fouten te maken. Wie oude tegeltjes of plateel bekijkt ziet dat die ook wel eens ‘fouten’ bevatten. Een invulling die buiten de lijntjes gaat of juist binnen de lijntjes te veel wit overlaat. Eigenlijk is dat uiteraard de charme van het handwerk. Overigens: het is juist de bedoeling dat bijvoorbeeld een getekend blaadje niet helemaal wordt ingevuld met kleur, er moet wat wit binnen de lijntjes overblijven. Dat maakt het geheel lekker luchtig

Driepunt

De zoektocht naar wat een tekening nou (afgezien van de kleur) ‘Delftsblauw’ of een ‘plateelschildering’ maakt was erg leerzaam. Er blijken specifieke vormen steeds terug te komen: ossenkopjes, slagblaadjes, fileerlijnen, om maar eens wat vaktermen te noemen. En drie stipjes in een driehoek geplaatst die, als je erop gaat letten, op heel veel delftsblauw aardewerk blijken te staan. Die ‘driepunt’ fascineerde me mateloos. Een goed geplaatste driepunt tussen diverse verschillende motieven zorgt voor verbinding van elementen en voor vulling van een vlak waardoor de tekening in balans wordt gebracht. Ik heb wat eigen keramiek met plateeltechnieken bewerkt en wat tekeningen gemaakt met delftsblauwe motieven. Met gebruik van die driepunt.

Bord geschilderd en ontworpen tijdens de cursus plateelschilderen

Ik ben mijn cirkel op papier even als een ontwerp voor een delftsblauw bord gaan zien. Met gladde of juist een geschulpte rand. Een blauwe fineliner nam de taak van het trekpenseel over waarmee je de omlijningen en de accenten dient te maken. Ik heb vier kleuren blauw potlood gebruikt om in te kleuren. Dat was een beetje smokkelen want eigenlijk gebruik je bij een echt Delftsblauw bord slechts één kleur blauw die je middels verdunnen met water in drie schakeringen gebruikt. Het was leuk om te doen, me verdiepen in plateelschilderen. Weer een nieuwe vormentaal erbij geleerd die ook mijn tekeningen weer verrijkt.

(zomer 2018)