Een getrouwde vrouw had vroeger andere taken en plichten, heel vroeger zelfs andere kleding dan een ongetrouwde vrouw. Je hoorde na je huwelijk niet meer bij je ouders maar bij je man en daarom kreeg je ook een andere achternaam. Nu is dat niet meer vanzelfsprekend maar nog wel gangbaar. Vriendinnen die de naam van hun man aannamen vertellen me: “ik vind mijn eigen achternaam lelijk” of “ik laat zo zien dat ik van ‘m houd” en “dan heb ik dezelfde achternaam als mijn eventuele kinderen”. Ik gebruik enkel mijn ‘meisjesnaam’, ik voelde me niet veranderd na mijn huwelijksdag. Een naam drukt steeds iets uit. En dat heeft gevolgen. Zo kan ik genieten als ik op mijn mobiel een spelletje win van iemand die zich ‘KillerJoe”of “Evilempire” noemt. Waarom? Omdat zo’n soort bijnaam voor mij fanatisme en geldingsdrang uitstraalt en dan voelt mijn overwinning groter dan winnen van een ‘Erik96’. Misschien een beetje kinderachtig maar toch….
Diagnose
Ook bij ziekte is een naam oftewel diagnose belangrijk. Het stellen van zo’n diagnose is een van de belangrijke zaken die in het GHZ gebeuren. Je ondergaat als patiënt onderzoeken op basis van de ideeën die je arts erover heeft. Zolang je nog niet weet welke naam je op je duizelingen, je pijn, extreme vermoeidheid of andere verschijnselen kunt plakken, ben je stuurloos. Je bent en blijft op zoek. Je hebt vragen als: Is er wat tegen te doen en zo ja, wat dan? Of moet ik ermee leren leven, en hoe dan? Zolang je niet kunt zeggen “ik heb …..” word je soms zelfs door anderen niet serieus genomen.
Als je de naam van je verschijnselen eenmaal te pakken hebt, houdt je ziekte of je pijn natuurlijk niet op. Het is slechts het vertrekpunt voor verdere behandeling en misschien is het zelfs nog steeds zoeken naar wat bij jou gaat helpen. Maar het voelt wel heel anders. Je hebt meteen een soort plaats te pakken voor jezelf en voor je vragen. Er is misschien een patiëntenvereniging voor mensen met diezelfde ziekte, zodat je je niet meer zo alleen voelt. Je kunt met de juiste naam via Google op zoek naar informatie. Je kunt je vrienden en bekenden beter uitleggen wat er met je aan de hand is als je erbij kunt zeggen hoe het heet.
Helaas
Bij mij duurde het een tijd voor duidelijk werd waar die lage rugpijn vandaan kwam. Na diverse onderzoeken zei de specialist: “Gelukkig, u heeft geen hernia”. Wat mij betreft had hij beter kunnen zeggen: “Helaas, u heeft geen hernia”. Niet dat ik op juist dié diagnose zat te wachten. Maar een diagnose, welke dan ook, was welkom geweest. Op zich mooi dat ik in ieder geval iets kon afstrepen maar antwoord op mijn vragen bood dit niet. Ik ging voor mijn gevoel met lege handen weer naar huis.
Na nog meer onderzoek bleken versleten ruggewervels de oorzaak van de pijn: artrose. Voorlopig niks aan te doen, enkel pijnstillers nemen, mijn leven aanpassen, regelmatig even liggen en blijven oefenen om rug en buikspieren sterk te houden. Geen fijne diagnose want wat de toekomst brengt is nog onzeker als de wervels in de loop van de tijd verder verslijten. Maar ik kan er een naam aan geven en dat biedt houvast.
Woord
De zoektocht naar een goede diagnose kan een van de naarste periodes uit je ziektegeschiedenis zijn, zeker als het lang duurt. De naam waar je je ziekteverschijnselen mee kunt gaan aanduiden is voor jou als patiënt even het belangrijkste woord dat je wilt horen. Daar valt zo’n keuze voor je achternaam of bijnaam dan even bij in het niet.
Terug naar het volgende verhaal: Kiezen voor een infuus.
Deze blog werd gepubliceerd op de website van het GHZ, 20-03-2019